Wat is de structuur van een programma

Hier wordt omschreven hoe een Arduino C++ programma (Sketch) opgebouwd wordt.
Hier wordt omschreven hoe een Arduino C++ programma (Sketch) opgebouwd wordt.
Arduino C++ is een versie van C++ aangepast voor Arduino microcontrollers en andere compatibele microcontroller-systemen. Het bevat speciale functies en bibliotheken om hardware zoals sensoren, motoren en dergelijke gemakkelijk uit te lezen of aan te sturen.
Notities in Arduino C++ zijn kleine stukjes tekst die je in je code schrijft om uit te leggen wat de code doet. De computer leest deze notities niet wanneer hij de code uitvoert.
Eerste functie die het programma (sketch) uitvoert.
Dit is het hoofddeel van je programma dat steeds herhaald wordt.
De if-opdracht voert een controle uit door 2 of meerdere vergelijkingen te vergelijken. Als deze vergelijking true (waar) is, wordt de programma code in de if-opdracht uitgevoerd.
Else is een uitbreiding van de if-opdracht en heeft 2 vormen. Dit zijn de 'else {}' en de 'else if () {}'.
BeschrijvingFloat is een gegevenstype voor het opslaan van niet gehele (decimale) getallen. Een float is een datatype dat gebruikt wordt om decimale getallen op te slaan, zoals ‘3.14’ of ‘-0.001’. Het verschil met een integer is dat een float ook…
Vergelijkingsoperatoren in Arduino C++ zijn speciale tekens die je kunt gebruiken om dingen met elkaar te vergelijken. Ze helpen je om te kijken of iets waar is of niet waar is in je programma.
Je hebt rekenkundige operators zoals '+', '-', '*', en '/' voor wiskundige berekeningen.
De 'for'-lus in Arduino is een manier om een stuk code meerdere keren achter elkaar uit te voeren zonder dat je die code steeds opnieuw hoeft te schrijven.
De scope van een variabele verwijst naar het deel van een programma waar de variabele toegankelijk is en gebruikt kan worden.
Hier wordt kort uitgelegd wat functies zijn en waarom ze handig zijn.
Hier wordt in het kort toegelicht wat variabelen zijn en waar je op moet letten bij het gebruik hiervan.
Logische operatoren zijn symbolen in programmeertalen die worden gebruikt om logische bewerkingen uit te voeren.
Een bool is een variabele die maar 2 waardes kent. Dit is 'true' en 'false' en wordt vaak in vergelijkingen gebruikt.
Met de functie digitalRead() kunnen we de status van een invoer pin uitlezen.
Unsigned integer zijn gegevenstypen voor het opslaan van gehele getallen. Een unsigned int is een integer die niet alleen maar hele getallen opslaat, maar ook alleen maar positieve getallen.
Unsigned long integer zijn gegevenstypen voor het opslaan van gehele getallen. Een unsigned long is een integer die niet alleen maar hele getallen opslaat, maar ook alleen maar positieve getallen.
Serial verwijst niet naar een enkele functie, maar naar een verzameling functies die communicatie tussen een computer en een microcontrollerbord mogelijk maken.
Integers zijn gegevenstypen voor het opslaan van gehele getallen.
Het delay() commando wordt gebruikt om een pauze in te voegen in de uitvoering van het programma.
Configureert voor een bepaalde pin of deze gebruikt wordt voor in- of uitvoer.
Het digitalWrite() commando wordt gebruikt in de programmering om de status van een digitale pin op een microcontroller te wijzigen.